Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen da        dereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Wetboek van strafvordering
<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >



Derde afdeling A. Gijzeling

Artikel 578bNiet of niet volledig verhaal

1. De officier van justitie kan, indien niet of niet volledig verhaal heeft plaatsgevonden overeenkomstig de artikelen 574, 575 en 576, bij de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waar het adres is van degene aan wie in een strafbeschikking de geldboete is opgelegd waarvoor verhaal is gezocht, een vordering instellen om te worden gemachtigd het dwangmiddel gijzeling jegens deze toe te passen. Als het adres van degene aan wie de geldboete is opgelegd wordt aangemerkt het in de basisregistratie personen vermelde adres alsmede het adres dat de verdachte bij het doen van verzet heeft opgegeven. Indien degene aan wie de geldboete is opgelegd niet als ingezetene staat ingeschreven in de basisregistratie personen, kan de vordering tevens door de officier van justitie in het arrondissement Noord-Nederland bij de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland worden ingesteld.

2. De kantonrechter bepaalt de duur van de gijzeling, die ten minste één dag en ten hoogste een week beloopt per strafbaar feit. Voor elke volle € 25 van het bedrag waarvoor verhaal is gezocht, wordt niet meer dan één dag opgelegd.

3. Op de vordering wordt niet beslist dan nadat degene aan wie de geldboete is opgelegd door de kantonrechter is gehoord, althans behoorlijk is opgeroepen. Indien degene aan wie de geldboete is opgelegd niet bekend is met de vervolging, wordt de oproeping betekend. Tegen de beslissing van de kantonrechter staat geen rechtsmiddel open. Artikel 273, eerste lid, is van overeenkomstige toepassing.

4. De officier van justitie of de ambtenaar die door hem is belast met de toepassing van de gijzeling heeft voor het in gijzeling stellen van degene aan wie de geldboete is opgelegd toegang tot elke plaats.

5. De gijzeling wordt gestaakt zodra het verschuldigde bedrag is betaald. De toepassing van gijzeling heft de verschuldigdheid niet op.

-

Het wetboek van strafvordering is voor het laatst geactualiseerd op: 18 februari 2014.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl