Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Wetboek van burgerlijke rechtsvordering
<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >



Tweede afdeling. Het arbitraal geding

Artikel 1036Wijze waarop arbitraal geding gevoerd wordt

Onverminderd het bepaalde in deze Titel wordt het arbitraal geding gevoerd op de wijze als door de partijen is overeengekomen of, voorzover de partijen daarin niet hebben voorzien, als door het scheidsgerecht bepaald.



Artikel 1037Plaats van arbitrage wordt door partijen bepaald

1.De plaats van arbitrage wordt door de partijen bij overeenkomst bepaald en bij gebreke daarvan door het scheidsgerecht. Door de bepaling van de plaats van arbitrage is tevens de plaats van de uitspraak vastgesteld.

2.Indien de plaats van arbitrage noch door de partijen noch door het scheidsgerecht is bepaald, geldt de plaats van de uitspraak, door het scheidsgerecht in het vonnis vermeld, als plaats van arbitrage.

3.Het scheidsgerecht kan zitting houden, beraadslagen, getuigen en deskundigen horen op elke andere plaats, in of buiten Nederland, die het daartoe geschikt acht.



Artikel 1038Partijen kunnen in persoon verschijnen

1.De partijen kunnen voor het scheidsgerecht in persoon verschijnen of zich doen vertegenwoordigen door een advocaat dan wel door een bijzonderlijk daartoe schriftelijk gevolmachtigde.

2.De partijen kunnen zich in het geding door personen van keuze doen bijstaan.



Artikel 1039Partijen worden op voet van gelijkheid behandeld

1.De partijen worden op voet van gelijkheid behandeld. Het scheidsgerecht geeft iedere partij de gelegenheid, voor haar rechten op te komen en haar stellingen voor te dragen.

2.Het scheidsgerecht geeft, op verzoek van een der partijen of uit eigen beweging, aan de partijen de gelegenheid tot het geven van een mondelinge toelichting.

3.Het scheidsgerecht kan, op verzoek van een der partijen, een partij toestaan om getuigen of deskundigen voor te brengen. Het scheidsgerecht is bevoegd om een van zijn leden aan te wijzen om getuigen of deskundigen te horen.

4.Het scheidsgerecht is bevoegd, overlegging van stukken te bevelen.

5.Voor zover de partijen niet anders zijn overeengekomen, is het scheidsgerecht vrij ten aanzien van de toepassing van de regelen van bewijsrecht.



Artikel 1040Eiser blijft in gebreke eis in te dienen

1.Blijft de eiser, ofschoon daartoe behoorlijk in de gelegenheid gesteld, in gebreke zijn eis in te dienen of naar behoren toe te lichten, zonder daartoe gegronde redenen aan te voeren, dan kan het scheidsgerecht bij vonnis een einde maken aan het arbitraal geding.

2.Blijft de verweerder, ofschoon daartoe behoorlijk in de gelegenheid gesteld, in gebreke verweer te voeren, zonder daartoe gegronde redenen aan te voeren, dan kan het scheidsgerecht aanstonds vonnis wijzen.

3.Bij het vonnis, bedoeld in het tweede lid, wordt de eis toegewezen, tenzij deze aan het scheidsgerecht onrechtmatig of ongegrond voorkomt. Het scheidsgerecht kan, alvorens vonnis te wijzen, van de eiser het bewijs van een of meer van zijn stellingen verlangen.



Artikel 1041Getuigenverhoor

1.Indien een getuigenverhoor plaatsvindt, bepaalt het scheidsgerecht tijdstip en plaats van het verhoor en de wijze waarop het verhoor zal geschieden. Indien het scheidsgerecht het nodig oordeelt, hoort het de getuigen, nadat dezen op de bij de wet bepaalde wijze de eed hebben gezworen de gehele waarheid en niets dan de waarheid te zullen zeggen.

2.Indien een getuige niet vrijwillig verschijnt dan wel, verschenen zijnde, weigert een verklaring af te leggen, kan het scheidsgerecht aan de partij die dit verzoekt, toestaan om zich binnen een door het scheidsgerecht te bepalen termijn, te wenden tot de voorzieningenrechter van de rechtbank met verzoek een rechter-commissaris te benoemen voor wie het getuigenverhoor zal plaatsvinden. Het verhoor vindt plaats op dezelfde wijze als in gewone zaken, met dien verstande dat de arbiter of arbiters door de griffier van de rechtbank in de gelegenheid worden gesteld, bij het getuigenverhoor aanwezig te zijn.

3.De griffier van de rechtbank zendt ten spoedigste afschrift van het verslag van het verhoor aan het scheidsgerecht en aan de partijen.

4.Het scheidsgerecht kan het geding schorsen tot de dag dat het scheidsgerecht het verslag van het verhoor heeft ontvangen.



Artikel 1042Benoemen één of meer deskundigen

1.Het scheidsgerecht kan een of meer deskundigen benoemen tot het uitbrengen van een advies. Het scheidsgerecht zendt ten spoedigste afschrift van de benoeming en van de aan deskundigen gegeven opdracht aan de partijen.

2.Het scheidsgerecht kan van een partij verlangen, de deskundigen de vereiste inlichtingen te verschaffen en de benodigde medewerking te verlenen.

3.Na de ontvangst van het deskundigenbericht wordt dit in afschrift door het scheidsgerecht ten spoedigste aan de partijen toegezonden.

4.Op verzoek van een der partijen worden de deskundigen in een zitting van het scheidsgerecht gehoord. Indien een partij zulk een verzoek wenst te doen, deelt zij dit ten spoedigste mede aan het scheidsgerecht en aan de wederpartij.

5.Het scheidsgerecht stelt de partijen in de gelegenheid, de deskundigen vragen te stellen en harerzijds deskundigen voor te brengen.

6.Artikel 1041, eerste lid, is van overeenkomstige toepassing.



Artikel 1043Persoonlijke verschijning van de partijen bevelen

Het scheidsgerecht kan in elke stand van het geding de persoonlijke verschijning van de partijen bevelen voor het geven van inlichtingen dan wel teneinde een vergelijk te beproeven.



Artikel 1044Verzoek doen om inlichtingen

1. Het scheidsgerecht kan door tussenkomst van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag een verzoek om inlichtingen doen als bedoeld in artikel 3 van de op 7 juni 1968 te Londen gesloten Europese Overeenkomst nopens het verstrekken van inlichtingen over buitenlands recht (Trb. 1968, 142). De voorzieningenrechter zendt het verzoek, tenzij het hem nutteloos voorkomt, ten spoedigste aan het orgaan als bedoeld in artikel 2 van de Overeenkomst en deelt dit aan het scheidsgerecht mede.

2. Het scheidsgerecht kan het geding schorsen tot de dag dat het scheidsgerecht het antwoord op het verzoek om inlichtingen heeft ontvangen.



Artikel 1045Verzoek derde om zich te voegen in arbitraal geding

1.Op schriftelijk verzoek van een derde die enig belang heeft bij een arbitraal geding kan het scheidsgerecht hem toestaan om zich daarin te voegen of tussen te komen. Het scheidsgerecht zend ten spoedigste een afschrift van het verzoek aan de partijen.

2.Een partij kan een derde in vrijwaring oproepen. De oproep wordt ten spoedigste in afschrift gezonden aan het scheidsgerecht en aan de wederpartij.

3.De voeging, tussenkomst of vrijwaring kan slechts door het scheidsgerecht, de partijen gehoord, worden toegelaten indien de derde bij schriftelijke overeenkomst met de partijen tot de overeenkomst tot arbitrage is toegetreden.

4.Door de toelating van de voeging, tussenkomst of vrijwaring wordt de derde in het arbitraal geding partij. Het scheidsgerecht regelt de verdere gang van het geding, tenzij de partijen daarin bij overeenkomst hebben voorzien.



Artikel 1046Samenvoeging gedingen gelasten

1. Indien voor een scheidsgerecht in Nederland een arbitraal geding aanhangig is, waarvan het onderwerp samenhangt met dat van een bij een ander scheidsgerecht in Nederland aanhangig geding, kan de meest gerede partij de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam verzoeken, de samenvoeging van de gedingen te gelasten, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.

2. De voorzieningenrechter kan, nadat hij alle partijen en de arbiters in de gelegenheid heeft gesteld, hun mening kenbaar te maken, het verzoek geheel of gedeeltelijk toewijzen dan wel afwijzen. Zijn beslissing wordt aan alle partijen en de betrokken scheidsgerechten schriftelijk medegedeeld.

3. Indien de voorzieningenrechter algehele samenvoeging beveelt, benoemen de partijen in onderling overleg de arbiter of arbiters, in oneven getale, en bepalen zij, welke regelen op het samengevoegde geding van toepassing zullen zijn. Indien de partijen daarover binnen een door de voorzieningenrechter te stellen termijn geen overeenstemming kunnen bereiken, benoemt de voorzieningenrechter, op verzoek van de meest gerede partij, de arbiter of arbiters en bepaalt hij, zonodig, welke regelen op het samengevoegde geding van toepassing zullen zijn. De voorzieningenrechter bepaalt voor de arbiter of arbiters die als gevolg van de algehele samenvoeging van hun opdracht worden ontheven, de beloning voor de reeds door hen verrichte werkzaamheden.

4. Beveelt de voorzieningenrechter gedeeltelijke samenvoeging, dan beslist hij welke geschillen daaronder zijn begrepen. De voorzieningenrechter benoemt, op verzoek van de meest gerede partij, de arbiter of arbiters en bepaalt welke regelen op het samengevoegde geding van toepassing zijn, indien de partijen daaromtrent binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen termijn geen overeenstemming bereiken. In dit geval schorsen de scheidsgerechten, waarbij de bij de gedeeltelijke samenvoeging betrokken zaken reeds aanhangig zijn, de behandeling dier zaken. Het vonnis van het voor de samengevoegde zaken benoemde scheidsgerecht wordt door dit gerecht aan de andere betrokken scheidsgerechten toegezonden. Na de ontvangst van dit vonnis zetten deze scheidsgerechten de bij hen aanhangige zaken voort en beslissen zij met inachtneming van het in het samengevoegde geding gewezen vonnis.

5. In de gevallen, bedoeld in het derde of vierde lid, is artikel 1027, vierde lid, van overeenkomstige toepassing.

6. Tegen een op voet van het derde of vierde lid gewezen vonnis staat arbitraal hoger beroep open, indien en voorzover alle bij het samengevoegde geding betrokken partijen bij een overeenkomst in zodanig hoger beroep hebben voorzien.



Artikel 1047Arbitrage omtrent bepaalde zaken

Ingeval van arbitrage omtrent zaken als bedoeld in artikel 1020, vierde lid, onder a, blijft, behoudens artikel 1037, het in deze afdeling bepaalde buiten toepassing. Het geding wordt alsdan gevoerd op de wijze als door de partijen is overeengekomen of, voor zover de partijen daarin niet hebben voorzien, als door het scheidsgerecht bepaald.



Artikel 1048Tijdstip waarop vonnis zal worden gewezen

De bepaling van het tijdstip, waarop het vonnis zal worden gewezen, is het scheidsgerecht voorbehouden.

-

Het wetboek van burgerlijke rechtsvordering is voor het laatst geactualiseerd op: 27 februari 2014.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl