Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - mei 2018:


25 mei 2018
Celstraffen opgelegd aan verdachten van terrorisme

'In de zogenoemde Context-zaak zijn vandaag 6 verdachten door het gerechtshof Den Haag veroordeeld voor met terrorisme samenhangende feiten. Daarnaast zijn 5 van deze verdachten veroordeeld voor deelname aan een criminele organisatie die tot doel had het plegen van strafbare feiten, waaronder ook terroristische misdrijven. Deze verdachten zetten zich in voor de vestiging van het ‘kalifaat’ en de invoering van de sharia door het voeren van de militaire Jihad in Syrië aan de kant van aan Al Qaida gelieerde strijdgroepen, zoals ISIL/ISIS en Jabhat al Nusra. Er is 1 verdachte vrijgesproken van deelname aan deze criminele organisatie, maar wel veroordeeld voor het opruien en het verspreiden van tot een terroristisch misdrijf opruiend materiaal. Er zijn vandaag ook veroordelingen uitgesproken voor het voorbereiden en bevorderen van terroristische misdrijven, voor opruiing tot een terroristisch misdrijf en het verspreiden van dergelijk materiaal, voor haatzaaien, belediging van 2 politieambtenaren en smaadschrift tegen een ambtenaar.

Het Haagse gerechtshof heeft 2 verdachten veroordeeld tot onvoorwaardelijke gevangenisstraffen van 5 jaren en 6 maanden. En andere verdachte is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 5 jaren en 3 maanden. Het Haagse gerechtshof heeft aan 1 verdachte een gevangenisstraf van 11 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, opgelegd. Een vijfde verdachte is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke jeugddetentie van 10 maanden. De verdachte die alleen is veroordeeld voor opruien en het verspreiden van opruiend materiaal krijgt een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden met een proeftijd van 2 jaar.

De rechtbank had gevangenisstraffen opgelegd variërend van 6 jaren, 5 jaren, 3 jaren waarvan 1 jaar voorwaardelijk, 103 dagen waarvan 60 dagen voorwaardelijk tot 1 week. De straffen zijn in hoger beroep in verhouding tot de rechtbank gematigd, omdat het strafproces niet binnen de daarvoor geldende termijn is afgerond en in een paar gevallen vanwege het verblijf van die verdachten in het oude zware regime van de terrorisme-afdeling in het huis van bewaring.

De verdachten en het Openbaar Ministerie kunnen tegen de uitspraken in cassatie bij de Hoge Raad der Nederlanden.'



25 mei 2018
Rechtbank laat omgevingsvergunning Aviko-vrieshuis in stand

'Omwonenden gingen bij de rechtbank in beroep tegen de aan Aviko verleende omgevingsvergunning voor het bouwen van een vrieshuis in Steenderen. De rechtbank verklaart deze beroepen ongegrond. Door beslissingen van de Raad van State is het bestemmingsplan voor dit 35 meter hoge vrieshuis onherroepelijk geworden, waardoor een omgevingsvergunning om af te wijken van het bestemmingsplan niet langer is vereist. Daarnaast passeert de rechtbank gebreken met betrekking tot de welstandstoets, de regels waar het uiterlijk van een gebouw aan moet voldoen.

Groot aantal eisers niet-ontvankelijk
De rechtbank oordeelt allereerst dat het beroep van een groot aantal eisers niet-ontvankelijk is. Een aantal eisers tekenden in een eerder stadium geen bezwaar aan tegen de vergunning of stelden niet op tijd beroep in bij de rechtbank. Ook worden de beroepen van enkele eisers niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij te ver van het vrieshuis af wonen.

Bestemmingsplan onherroepelijk
De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State deed op 19 juli 2017 en 24 januari 2018 uitspraak in de zaak over het beroep van omwonenden tegen het bestemmingsplan voor het vrieshuis. Dit beroep is ongegrond verklaard, waardoor het bestemmingsplan voor het vrieshuis onherroepelijk is.

Geen (proces)belang
Het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan heeft tot gevolg dat niet langer een omgevingsvergunning is vereist om af te wijken van het bestemmingsplan. De rechtbank oordeelt dat de omwonenden hierdoor geen (proces)belang meer hebben bij een oordeel van de rechtbank over het afwijken van het bestemmingsplan. De rechtbank gaat daarom niet over tot een inhoudelijke beoordeling van de beroepsgronden die tegen dit deel van de omgevingsvergunning zijn gericht.

Welstand
De rechtszaak beperkt zich daarom tot het aspect ‘welstand’, de regels met betrekking tot het uiterlijk van een gebouw . De rechtbank is het met eisers eens dat de omgevingsvergunning op dit punt gebreken vertoont. Zo is het welstandsadvies van de onafhankelijke welstandcommissie ten onrechte niet als bijlage bij het besluit gevoegd. Ook is getoetst aan nieuwe welstandscriteria die tijdens het besluit nog niet waren opgenomen in de welstandsnota.

Rechtbank passeert gebreken welstand
De rechtbank kan gebreken in een besluit passeren als de belanghebbenden niet worden benadeeld. Niet elk gebrek hoeft daarom te leiden tot een vernietiging van het besluit door de rechtbank.

Tijdens het beroep zijn alsnog de welstandsadviezen gedeeld, zodat de omwonenden de mogelijkheid hadden om hierop te reageren. De (nieuwe) welstandscriteria waren daarnaast voldoende bekend bij de omwonenden, omdat deze als bijlage bij de omgevingsvergunning en het bestemmingsplan waren toegevoegd.

De welstandscommissie heeft weliswaar niet getoetst aan de in de welstandsnota opgenomen criteria voor de landschappelijke inpassing van het vrieshuis met beplanting, maar zij was daartoe ook niet verplicht. De landschappelijke inpassing van het vrieshuis is namelijk geregeld in het bestemmingsplan, zodat het welstandsadvies hierop geen betrekking heeft. Het bestemmingsplan heeft voorrang. De rechtbank passeert daarom ook dit gebrek. Dit betekent dat de omgevingsvergunning in stand blijft.'



23 mei 2018
15 maanden gevangenisstraf en voorwaardelijke geldboete voor ongeval monstertruck Haaksbergen

'Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag de 53-jarige bestuurder van de monstertruck die tijdens een evenement in Haaksbergen op het publiek inreed veroordeeld tot vijftien maanden gevangenisstraf. Ook mag hij vijf jaar lang niet als stuntman werken. De stichting die het evenement organiseerde is veroordeeld tot een voorwaardelijke geldboete van 25.000 euro.

De rechtbank legde al eerder dezelfde straffen op (ECLI:NL:RBOVE:2016:1296 en ECLI:NL:RBOVE:2016:1297).

Ongeval
Op 28 september 2014 vond in Haaksbergen het evenement Auto Motor Sportief plaats met als onderdeel een demonstratie met een zogenoemde ‘monstertruck’. Daarbij is de bestuurder het publiek ingereden. Een groot aantal toeschouwers liep ernstig letsel op. Drie van hen kwamen aan hun verwondingen te overlijden.

Dood door schuld en zwaar lichamelijk letsel door schuld
Het hof oordeelt dat de bestuurder bij de demonstratie onaanvaardbare risico's voor de veiligheid van het aanwezige publiek heeft genomen. Voorop staat dat de monstertruck door zijn afmetingen, gewicht en vermogen bijzonder gevaar in het leven roept voor zijn omgeving. De ruimte om te manoeuvreren was ter plaatse beperkt en in de rijrichting stond overal publiek. De bestuurder heeft de stunt uitgevoerd zonder ervoor te zorgen dat passende veiligheidsmaatregelen waren getroffen. Het hof acht daarom bewezen dat de bestuurder grove schuld heeft aan het veroorzaken van de dood en het zwaar lichamelijk letsel van de slachtoffers.

De stichting die het evenement organiseerde, is medeverantwoordelijk voor de veiligheid van het publiek. Zij had de risico's van de demonstratie met de monstertruck beter moeten onderzoeken en had er op moeten letten dat de vereiste veiligheidsmaatregelen genomen werden. Door dit na te laten heeft de stichting aanmerkelijke schuld aan de dood en het zwaar lichamelijk letsel van de slachtoffers.

Ernstige gevolgen
Bij het bepalen van de straffen heeft het hof de dramatische gevolgen van het ongeval meegewogen. Het leven van de nabestaanden is onherstelbaar veranderd. Aan de gewonde slachtoffers is ernstig leed toegebracht. Velen van hen ondervinden nog steeds de lichamelijke en geestelijke gevolgen.
Het hof tilt zwaar aan het verwijt dat de bestuurder gemaakt wordt, maar neemt bij de bepaling van de straf tegelijkertijd in aanmerking dat de gevolgen van zijn daad ook op hem een diepe en onuitwisbare indruk hebben gemaakt. Het hof legt net als de rechtbank een gevangenisstraf van vijftien maanden op. Ook mag de bestuurder vijf jaar lang niet als stuntman werken. De truck is verbeurd verklaard.
Het hof legt de stichting een voorwaardelijke geldboete van 25.000 euro op. De geldboete is voorwaardelijk opgelegd om de stichting in de gelegenheid te stellen de beperkte nog aanwezige financiële middelen van de stichting te gebruiken voor compensatie aan de slachtoffers in plaats van voor betaling van een boete aan de staat. Hierbij is ook in aanmerking genomen dat de stichting geen activiteiten meer ontplooit en zichzelf zal opheffen nadat deze strafzaak is afgerond.'



23 mei 2018
14 jaar cel voor poging tot moord op raadslid in Zuidoostbeemster

'Een 44-jarige man uit Nantes (Frankrijk) is in hoger beroep veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf voor een poging tot moord en het stelen van een auto. Dit heeft het hof in Amsterdam vandaag bepaald.

De rechtbank legde de man eerder 8 jaar gevangenisstraf op wegens poging tot doodslag en de autodiefstal. De straf is ook hoger dan de eis van 10 jaar door het Openbaar Ministerie, dat wel concludeerde tot poging moord.

2 zeer gewelddadige aanvallen
Op 12 mei 2016 viel de verdachte 2 maal op zeer gewelddadige wijze een vrouw van middelbare leeftijd aan. Zij was destijds raadslid van de gemeente Beemster.
De verdachte liet het slachtoffer zwaargewond achter en is met haar auto naar het buitenland gereden.
De verdachte liep in de voorafgaande nacht het erf op van het alleenwonende slachtoffer. Hij bracht de rest van de nacht door onder een afdak van een loods. ’s Ochtends zag de vrouw de verdachte in haar tuin en sprak hem aan. Hij kwam toen heel normaal over en zei op zoek te zijn naar een persoon. Enkele uren later betrad het slachtoffer de schuur, die met haar woning verbonden is. Daar stond de verdachte met een campinghamer in de aanslag. Bij deze eerste aanval sloeg hij haar met die hamer meermalen zo hard op haar hoofd dat de houten steel brak en zij haar bewustzijn verloor.
Zij kwam bij op het bed in de slaapkamer van haar woning en zag de verdachte naast haar staan. Hij stak haar toen tijdens deze tweede aanval met een heggenschaar en messen in de borst en hals en sloeg haar met een klauwhamer. Het slachtoffer is er ondanks haar letsel in geslaagd uit haar woning te komen en buurtbewoners te waarschuwen. Zij is dankzij spoedig en kundig medisch ingrijpen niet overleden, wat gezien de door de verdachte toegebrachte letsels volgens het hof een wonder mag heten.

Poging tot moord
Dat de verdachte voor de eerste aanval de tijd heeft genomen daarover na te denken, staat niet vast. Het hof acht echter, anders dan de rechtbank, wel bewezen dat de verdachte bij zijn tweede aanval opzettelijk en met voorbedachte raad heeft geprobeerd het slachtoffer om het leven te brengen.
Het hof oordeelt dat het niet anders kan zijn dan dat tussen de eerste en tweede aanval sprake is geweest van een tijdsverloop van minimaal enige minuten. Gedurende deze tijd stond er voor de verdachte niets aan in de weg de woning van het slachtoffer te verlaten zonder verdere pogingen in het werk te stellen om haar te doden. Hij heeft zich gedurende dit tijdsverloop kunnen beraden op het te nemen besluit om al dan niet over te gaan tot die nadere gewelddadigheden. En hij heeft de gelegenheid gehad om na te denken over de betekenis en gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap kunnen geven.

Volledig toerekeningsvatbaar
De verdediging heeft aangevoerd dat de verdachte handelde terwijl hij sterk onder invloed van drank- en drugs verkeerde. Het hof acht dit niet aannemelijk. De adviezen van de psychiater en de psycholoog om de verdachte de feiten verminderd toe te rekenen, heeft het hof niet gevolgd. Deze adviezen zijn overwegend gebaseerd op verklaringen van verdachte, terwijl vast is komen te staan dat deze verklaringen voor een deel onjuist zijn en voor het overige niet te verifiëren. Het hof acht de verdachte volledig toerekeningsvatbaar en strafbaar.

Hogere straf
Bij de veroordeling voor poging tot moord past een hogere straf dan bij poging tot doodslag. De manier waarop de poging tot moord op een volstrekt willekeurig slachtoffer is uitgevoerd vertoont alle kenmerken van een horrorscenario. De impact ervan op het leven van het slachtoffer is zeer groot: niet alleen fysiek en psychisch, maar ook wat betreft haar woongenot en haar werkkracht: zij heeft haar werk als raadslid moeten opgeven. Het hof acht een gevangenisstraf van 14 jaar passend en geboden en vindt dat de geëiste gevangenisstraf van 10 jaar geen recht doet aan de ernst en de gevolgen van de feiten. De verdachte moet daarnaast het slachtoffer een schadevergoeding betalen van in totaal bijna € 75.000,-.'



22 mei 2018
Maand celstraf voor bedreiging medewerkers hulporganisatie

'Een 45-jarige man uit Utrecht is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot een maand celstraf voor het bedreigen van twee medewerkers van Samen Veilig (Save). De man heeft begin 2017 de twee medewerkers telefonisch bedreigd vanuit de gevangenis in Dordrecht.

Impact
De hulpverleners van Save zijn belast met de ondertoezichtstelling van de kinderen van de verdachte. De man is eerder veroordeeld voor het mishandelen van zijn partner met de dood tot gevolg. De hulpverleners waren van deze veroordeling op de hoogte. Tot drie maal toe heeft de man de medewerkers telefonisch bedreigd. De woorden die hij heeft gebruikt zijn zeer heftig en bedreigend. Dit had een enorme impact op de hulpverleners.

Context van de bedreigingen
De rechtbank wijkt bij het bepalen van de straf af van het landelijke oriëntatiepunt. Voor een bedreiging is dat een geldboete. Vanwege de aard van de bedreigingen en de context waarin de bedreigingen zijn geuit is een gevangenisstraf op zijn plaats. De rechtbank ziet geen aanknopingspunten om een dusdanig lange celstraf op te leggen zoals door de officier van justitie geëist is.'



22 mei 2018
2 jaar cel voor misbruik door leraar op het Cheider

'Een leerkracht van de Amsterdamse school het Cheider is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, voor seksueel misbruik van een 13-jarige leerling in 2012. Voor het voorwaardelijke deel van de straf geldt een extra lange proeftijd van 3 jaar. Daarnaast mag de man 5 jaar lang geen leraar zijn.

Misbruik van kwetsbare leerling
Het destijds 13-jarige slachtoffer zat voorafgaand aan het misbruik in een moeilijke periode in zijn leven. Op zoek naar een veilige plek belandde hij in de klas van de verdachte. Nadat de leraar zijn vertrouwen had gewonnen, heeft hij de leerling meerdere malen over zijn gehele lichaam gemasseerd en betast.

De man heeft daarmee ernstig misbruik heeft gemaakt van de kwetsbare situatie van het slachtoffer en zijn lichamelijke en seksuele integriteit geschonden. De gevolgen hiervan voor het slachtoffer zijn groot. De rechtbank rekent hem dit zwaar aan.

Niet alle verdenkingen bewezen
De man werd ook verdacht van het misbruiken van vijf andere leerlingen. Hiervan spreekt de rechtbank hem vrij. Ten aanzien van twee leerlingen is bewezen dat de leraar hun schouders en nek heeft gemasseerd. Hoewel dit ongewenst en ongepast kan zijn, is echter niet vast komen te staan dat er sprake was van seksuele handelingen en daarmee van ontucht.

In het geval van drie andere kinderen concludeert de rechtbank dat de betrouwbarheid van hun verklaringen onvoldoende kunnen worden vastgesteld. De rechtbank volgt hiermee de conclusie van een van de gehoorde deskundigen. Door de gedeeltelijke vrijspraak valt de opgelegde straf lager uit dan de 5 jaar gevangenisstraf die het Openbaar Ministerie had geëist. '



22 mei 2018
Eis om extra maatregelen Staat voor luchtkwaliteit afgewezen

'De Nederlandse Staat hoeft geen extra maatregelen te nemen om aan de Europese normen voor fijnstof te voldoen. Dat heeft het gerechtshof Den Haag vandaag in een kort geding bepaald. De Vereniging Milieudefensie en de Stichting Adem in Rotterdam waren dit kort geding voor een betere luchtkwaliteit begonnen tegen de Staat.

Het Haagse gerechtshof heeft het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 7 september 2017 vernietigd, voor het deel waartegen hoger beroep ingesteld was. In dat kort geding vonnis had de voorzieningenrechter de Staat onder meer verboden nieuwe maatregelen te nemen waarvan, in de visie van het RIVM statistisch gezien, verwacht moet worden dat deze tot overschrijding van de Europese grenswaarden voor (onder meer) fijnstof zouden leiden. De Staat heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, omdat de Staat het met dit verbod niet eens is.

Na het kort geding in eerste aanleg heeft de rechtbank Den Haag in de bodemprocedure uitspraak gedaan over de luchtkwaliteit (vonnis van 27 december 2017; ECLI:NL:RBDHA:2017:15380). In dat bodemvonnis zijn na uitvoeriger onderzoek dezelfde vragen beantwoord als in het kort geding. Het gerechtshof moet zijn beslissing in dit kort geding op het bodemvonnis van de rechtbank afstemmen. In dat vonnis heeft de rechtbank onder meer geoordeeld dat de Staat aan de Europese norm voor fijnstof voldoet door onder de grenswaarden te blijven die met het Europese modelinstrumentarium berekend zijn. De Staat hoeft geen veiligheidsmarge toe te voegen aan de standaardrekenmethodes die volgen uit de Regeling beoordeling luchtkwaliteit.

Omdat de vordering in dit kort geding erover ging dat de Staat wel zo’n (extra) veiligheidsmarge in acht moet nemen, kan de vordering in het kort geding in hoger beroep niet meer worden toegewezen. Het gerechtshof heeft het kort geding vonnis van de rechtbank daarom vernietigd. Op de Staat rust wel de verplichting om ervoor te zorgen dat de grenswaarden niet opnieuw worden overschreden. Die verplichting kan niet leiden tot toewijzing van de vordering om iets extra’s te doen bovenop de verplichtingen die uit de Europese regelgeving voortvloeien.'



18 mei 2018
1 dag gevangenisstraf en taakstraf voor vervaardigen kinderporno

'De rechtbank heeft vandaag een 47-jarige man en een 45-jarige vrouw veroordeeld wegens het vervaardigen van foto’s van hun (stief)dochter die door de rechtbank als kinderpornografie worden beschouwd. De foto’s zijn in 2006 of 2007 gemaakt. De man wordt ook veroordeeld wegens het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en films in 2013.

Kinderpornografie
De verdachten hebben verklaard dat de foto’s van hun (stief)dochter voor de grap of tijdens een gek moment zijn gemaakt en zij stellen dat de foto’s geen seksuele lading hebben. Zij ontkennen daarmee dat het hun intentie was om kinderporno te vervaardigen. De rechtbank ziet dit anders. Omdat de foto’s deel uitmaken van een reeks, waarbij ook foto’s werden gemaakt die expliciet seksueel van aard waren, hebben ook de andere foto’s uit die reeks een duidelijke seksuele strekking.

Straf
Gelet op het tijdsverloop sinds de foto’s gemaakt zijn, acht de rechtbank het niet op zijn plaats om een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen die langer is dan de tijd die de verdachten al in voorarrest hebben doorgebracht. Op grond van het bepaalde in artikel 22b Sr (het zogenaamde taakstrafverbod) is een andere strafmodaliteit voor het vervaardigen van kinderporno echter niet mogelijk. De rechtbank zal daarom gebruik maken van de mogelijkheid die de wet openlaat, namelijk om de onvoorwaardelijke vrijheidsstraf te beperken tot 1 dag, die door de verdachten reeds in voorarrest is doorgebracht. Daarnaast zal de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf opleggen.

De vrouw wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 181 dagen, waarvan 180 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 5 jaren en een taakstraf voor de duur van 180 uren.

De man wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 366 dagen, waarvan 365 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 5 jaren en een taakstraf voor de duur van 240 uren.'



18 mei 2018
Fruithandelaar vrijgesproken van cocaïnesmokkel in lading ananassen

'De rechtbank spreekt een 43-jarige fruithandelaar uit Kerk Avezaath vrij van het invoeren, dan wel het opzettelijk aanwezig hebben van 32 kilo cocaïne.

Illustratieve afbeelding
Bij het Openbaar Ministerie kwam in juni 2017 informatie binnen vanuit de Britse opsporingsdiensten dat er een container met daarin cocaïne onderweg zou zijn naar een bedrijf in Geldermalsen. Hierop is de container door de politie gevolgd. De verdachte was directeur en enig aandeelhouder van het bedrijf waar de container werd afgeleverd. Hij had de container met ananassen besteld. Op het moment dat de container werd uitgeladen, kwam de politie binnen. In 40 geprepareerde ananassen bleek in totaal 32 kilo cocaïne verstopt te zitten.

Gebrek aan bewijs
De fruithandelaar ontkende steeds iets van de cocaïne te hebben af geweten. De rechtbank oordeelt dat weliswaar sprake was van merkwaardige omstandigheden, maar er niet kan worden bewezen dat de fruithandelaar ook wist dat er cocaïne in de ananassen verstopt zat.'



17 mei 2018
Onvoorwaardelijke gevangenisstraffen en taakstraffen in zaak Marktplaats fraude

'De rechtbank Noord Nederland te Assen heeft op 17 mei 2018 uitspraak gedaan in de 10 zaken van de internetfraudezaak Clenet.

Babbeltrucs
Zij worden ervan verdacht in een groot aantal gevallen via onder andere Marktplaats kopers te hebben opgelicht door bijvoorbeeld kleine graafmachines te koop aan te bieden, het geld met babbeltrucs te incasseren, maar nimmer te leveren.

Oplichting of heling bewezen
De rechtbank heeft in alle zaken naast een of meer gevallen van oplichting of heling bewezen geacht dat de verdachten hebben deelgenomen aan een criminele organisatie.

Verschillende straffen
De rechtbank heeft de drie hoofddaders gevangenisstraffen van 4, 4 en 3 jaren opgelegd. Eén verdachte moet 18 maanden gevangenisstraf uitzitten. De overige verdachten kregen taakstraffen tot 240 uren en voorwaardelijke gevangenisstraffen tot 6 maanden opgelegd.

Voorts veroordeelde de rechtbank de verdachten tot het betalen van de aan de kopers toegebrachte schade.'



16 mei 2018
Jaar cel voor hacken accounts bekende Nederlanders

'Een 35-jarige man is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 1 jaar, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, voor het hacken van online accounts van meerdere bekende Nederlanders. Ook moet hij zich verplicht laten behandelen voor een persoonlijkheidsstoornis.

Hacker
De man hackte in de tweede helft van 2017 de Facebook-, Gmail- en Evernote-accounts van meerdere bekende Nederlanders. Van één account veranderde hij vervolgens de inloggegevens, waarna hij zich voordeed als eigenaar van het account tegenover contacten van de gehackte personen.

Kwetsbaar
Niet alleen heeft de man inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van anderen, de rechtbank rekent hem ook aan dat hij zich vooral richtte op bekende (vrouwelijke) personen. Zij zijn door hun status als bekende Nederlander kwetsbaarder voor schendingen van hun privacy.

Nog in proeftijd
Op het moment dat hij de accounts hackte, zat de man nog in de proeftijd van een straf die hem eerder was opgelegd wegens internetfraude. Hij moet daarom nu ook het voorwaardelijke deel van die straf (8 maanden) alsnog uitzitten.

Verplichte behandeling
Bij de man is een persoonlijkheidsstoornis met narcistische en antisociale trekken vastgesteld. Hij moet zich hiervoor verplicht laten behandelen. Ook moet de man iedere dag op vooraf vastgestelde tijdstippen thuis zijn. Met elektronisch toezicht zal in de gaten worden gehouden of hij zich hier aan houdt. Ook mag hij op geen enkele manier contact leggen met zijn slachtoffers. Ten slotte wordt een extra lange proeftijd van 3 jaar opgelegd, om te voorkomen dat de man opnieuw de fout in gaat.'



15 mei 2018
CBb bevestigt boetes Corendon

'Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) handhaaft in hoger beroep de boetes (in totaal 350.000 euro) die de Autoriteit Consument & Markt (ACM) Corendon oplegde.

Corendon kreeg de boetes omdat zij op haar website met pakketreizen adverteerde met prijzen zonder boekingskosten (25 euro). Daarnaast verzweeg Corendon de bijdrage voor het Calamiteitenfonds (2,50 euro) en meldde zij niet dat bij de prijs van losse vliegtickets ook servicekosten (3 euro) verschuldigd waren. Reisaanbieders zijn verplicht om te adverteren met prijzen waar alle onvermijdbare kosten in zijn opgenomen, zodat consumenten prijzen eenvoudiger kunnen vergelijken en niet worden misleid met ondoorzichtige prijzen.'



14 mei 2018
Militair krijgt 5 jaar cel voor poging doodslag zoontje

'De militaire kamer veroordeelt een 31-jarige militair uit Arnhem voor poging tot doodslag, poging tot zware mishandeling en mishandeling van zijn zoontje. Tijdens het plegen van deze feiten was zijn zoon een baby van slechts enkele weken oud. De man krijgt een gevangenisstraf van 5 jaar.

De man mishandelde in mei 2015 over een periode van een aantal weken het kind zodanig dat hij onder andere ernstig hersenletsel heeft opgelopen. Hierdoor raakte hij zwaar gehandicapt, maar het kind had als gevolg van dit geweld ook kunnen overlijden.

Geen verklaring
De militaire kamer neemt het de man zeer kwalijk dat hij al dit geweld heeft gebruikt tegen een kwetsbaar en weerloos kind dat aan zijn zorg als vader was toevertrouwd. Wat het voor de omgeving van de baby nog frustrerender maakt is dat de man hier geen verklaring voor heeft kunnen of willen geven.

Verminderd toerekeningsvatbaar
De militaire kamer houdt er rekening mee dat de man tijdens het plegen van de strafbare feiten verminderd toerekeningsvatbaar was. De man heeft persoonlijkheidsproblemen. Waarschijnlijk hebben boosheid in combinatie met gevoelens van onrechtvaardigheid geleid tot het agressieve gedrag tegen zijn zoon.'



9 mei 2018
Afvalverwerker in Elsloo moet opslag kunststof afval tot 100 ton beperken

'De voorzieningenrechter van de rechtbank Limburg heeft vandaag, 9 mei 2018, uitspraak gedaan over de voorlopige voorziening die door een afvalverwerkingsbedrijf was gevraagd. Het afvalverwerkingsbedrijf probeerde daarmee te voorkomen dat de opslag van kunststof afval moet worden teruggebracht naar maximaal 100 ton. De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen. Dit betekent dat het bedrijf de opslag van kunststof afval voor 23 mei a.s. moet afbouwen tot de in de milieuvergunning toegestane hoeveelheid van maximaal 100 ton. Als dat niet gebeurt, moet de afvalverwerker per week een dwangsom van 10.000 euro betalen met een maximum van 80.000 euro.

Geen nieuwe vergunning
De voorzieningenrechter heeft het verweer dat voor de opslag van meer afval een nieuwe vergunning kan worden verleend, verworpen. De gemeente heeft in maart van dit jaar een aanvraag om meer opslag van kunststof afval te vergunnen afgewezen. Tegen dat besluit heeft de afvalverwerker bezwaar gemaakt, maar volgens de voorzieningenrechter kan niet worden gezegd dat de afwijzing van die aanvraag duidelijk onjuist is.

De verklaringen van medewerkers van de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) tegenover het afvalverwerkingsbedrijf beschouwt de voorzieningenrechter niet als concrete toezeggingen dat voor meer opslag een vergunning zou worden verleend.

Dat het terugbrengen van de hoeveelheid afval tot maximaal 100 ton mogelijk ernstige financiële gevolgen heeft voor het bedrijf is volgens de voorzieningenrechter eveneens geen reden om het bedrijf niet aan de milieuvergunning te houden. '



9 mei 2018
Burgemeester Den Haag mocht paspoorten vermoedelijke Syriëgangers vervallen verklaren

'De burgemeester van Den Haag mocht in 2015 de paspoorten van twee mannen vervallen verklaren vanwege het vermoeden dat zij zich in Syrië of Irak bij een jihadistische groepering zouden aansluiten. Dat blijkt uit twee uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

De burgemeester verklaarde de paspoorten vervallen op verzoek van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, die de mannen had opgenomen in het Register Paspoortsignaleringen. De minister baseerde zich daarbij op informatie uit processen-verbaal van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). De rechtbank Den Haag verklaarde eerdere beroepen van de mannen tegen de vervallenverklaringen ongegrond.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl