Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - september 2015:


29 september 2014
4 jaar cel en 12 jaar rijontzegging na dronken dodelijke aanrijding Lutten

'De dronken bestuurder die op 12 maart 2015 een vader en zijn baby aanreed in Lutten is door de rechtbank Overijssel veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf en de maximale rijontzegging van 10 jaar. De vijf weken oude baby overleed aan zijn verwondingen, de vader raakte zwaargewond. De aanrijding gebeurde in de proeftijd van een eerdere veroordeling voor dronken rijden. Daarom moet de man ook een voorwaardelijke celstraf van 1 maand uitzitten en krijgt hij nog 2 jaar rijontzegging. Ook krijgt hij zijn auto niet terug.

Zeer onvoorzichtig en onoplettend
De rechtbank oordeelt dat de 51-jarige man uit Lutten (gemeente Hardenberg) schuldig is aan de aanrijding en aan het doorrijden na de aanrijding. De man heeft zeer onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam gereden. Hij reed uiterst rechts over de weg en daarbij gedeeltelijk over de fietsstrook.

De bestuurder wordt aangerekend dat hij de vader en de kinderwagen niet op tijd zag en niet reageerde om de aanrijding te voorkomen, ook al stond de vader gedeeltelijk op de fietsstrook. Uit de reconstructie bleek dat het wel mogelijk was om te reageren. De rechtbank gaat er van uit dat de aanwezigheid van alcohol in het bloed van de man een vertragende rol in de reactiesnelheid heeft gespeeld.

Drie keer teveel alcohol
De man kwam uit het café en reed met driemaal de toegestane hoeveelheid alcohol op naar huis. Volgens verschillende getuigen was hij onvast ter been toen hij het café verliet en leek niet in staat om een auto te besturen. Dat de man toch in zijn auto is gestapt, is des te kwalijker gezien zijn eerdere veroordelingen voor rijden onder invloed.

Niet geleerd van het verleden
De rechtbank legt een hogere rijontzegging op dan was geëist door de officier van justitie omdat hij niet leert van straffen in het verleden. De man is eerder veroordeeld, onder andere voor zeven maal rijden onder invloed van alcohol. Hij kreeg forse straffen, diverse rijontzeggingen en moest een alcoholcursus volgen. Ook tijdens het ongeval in Lutten liep de man nog in een proeftijd. De voorwaardelijke straf en rijontzegging die hem nog boven het hoofd hingen, hielden hem niet tegen om opnieuw onder invloed van alcohol een auto te gaan besturen.

Onherstelbaar leed
Het leed dat de bestuurder de nabestaanden heeft aangedaan is onbeschrijflijk groot en onherstelbaar, zoals ook in de slachtofferverklaringen van de moeder, vader en opa's en oma van de baby tot uitdrukking is gebracht.'



29 september 2014
Beslissingen naar aanleiding van tweede regiezitting in zaak Van Rey

'In januari 2015 zijn in de strafzaak tegen voormalig wethouder Van Rey en twee medeverdachten een groot aantal onderzoekswensen gedaan. De rechtbank heeft toen onder andere het horen van tientallen getuigen toegestaan.

Op de zitting van 8 september jongstleden is een aantal openstaande en nieuwe verzoeken besproken. In de zaak van Van Rey is één extra getuige toegewezen. Alle andere verzoeken zijn afgewezen. In de zaak van een van de medeverdachten zijn de twee gevraagde extra getuigen toegewezen. In de zaak van de andere medeverdachte waren geen nieuwe verzoeken gedaan.

De afgewezen verzoeken in de zaak van Van Rey hadden voor een groot deel betrekking op de zogenoemde ‘Teeven-tap’. Dit betreft het telefoongesprek van 20 september 2012 tussen de voormalig Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, Teeven, en de verdachte Van Rey dat niet zou zijn opgenomen toen de telefoon van de verdachte Van Rey werd afgeluisterd.

Het argument van de verdediging dat het ‘gewoonweg té toevallig is dat nu juist in dit onderzoek een zo belangrijk telefoongesprek tussen de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie en de verdachte Van Rey door een storing niet wordt opgenomen’ is door de rechtbank als een te magere onderbouwing van de verzoeken bestempeld.

De inhoudelijke behandeling van de zaak zal naar het zich nu laat aanzien plaats hebben in de maanden april/mei 2016.'



29 september 2014
Coffeeshopbeleid niet in strijd met Europees recht

'Het verbod op de verkoop van softdrugs aan niet in Nederland wonende klanten is niet in strijd met het discriminatieverbod van art. 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Dat oordeelt de Hoge Raad vandaag. De Hoge Raad verwijst daarbij naar een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie uit 2010 waarin het Hof het verkoopverbod een maatregel noemt die het drugstoerisme tegengaat. Het Hof meent ook dat een lidstaat passende maatregelen mag nemen tegen inwoners uit andere lidstaten die van het gedoogbeleid willen profiteren.

In deze zaak is een portier van een coffeeshop in Maastricht veroordeeld voor medeplegen van de illegale verkoop van softdrugs aan niet in Nederland wonende klanten. Zijn vervolging is niet in strijd met het verbod van willekeur vindt de Hoge Raad, ook al wordt het verkoopverbod aan buitenlanders niet overal op dezelfde wijze gehandhaafd. Die vervolging vindt steun in de landelijk geldende Aanwijzing Opiumwet. Het openbaar ministerie en de burgemeester van Maastricht mochten op deze wijze optreden tegen drugstoerisme.

De Hoge Raad is er in deze zaak echter niet van overtuigd dat de verdachte in zijn rol als portier een wezenlijk bijdrage heeft geleverd aan de illegale verkoop van softdrugs aan niet-inwoners van Nederland. Het hof moet opnieuw bekijken en motiveren of hier sprake was van medeplegen of van medeplichtigheid.'



29 september 2014
AG: Hoge Raad moet prejudiciële vragen stellen over recht op advocaat bij politieverhoor

'De Hoge Raad moet prejudiciële vragen stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) over de omstreden kwestie of een verdachte aan art. 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) het recht op een advocaat tijdens een politieverhoor kan ontlenen. Dat schrijft advocaat-generaal Knigge in een vandaag uitgebracht advies aan de Hoge Raad. De Hoge Raad zou naast deze vraag nog enkele aanvullende vragen aan het HvJ EU moeten voorleggen:

-Als aan art. 6 EVRM dit recht inderdaad kan worden ontleend, moet de verdachte dan zelf uitdrukkelijk vragen om een advocaat tijdens het verhoor of moeten verhorende ambtenaren de verdachte op dit recht wijzen?
-In het geval dat bij het politieverhoor geen advocaat aanwezig was, en de tijdens het verhoor afgelegde verklaring als bewijs wordt gebruikt, is dan altijd het recht op een eerlijk proces geschonden?

De Hoge Raad oordeelde in april van vorig jaar dat Nederland (en andere EU-staten) tot 27 november 2016 de tijd hebben om te regelen dat een advocaat aanwezig kan zijn bij politieverhoren. Volgens Knigge moet nu aan het HvJ EU worden gevraagd of aan art. 6 EVRM een direct geldend recht op een advocaat tijdens het verhoor kan worden ontleend.

Een conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat te volgen of niet. De Hoge Raad verwacht op 22 december uitspraak in deze zaak te doen.'



28 september 2014
‘Nachtrit’ voor beroepschauffeurs begint om 20.00 uur

'Van Zaal Transport moet haar chauffeurs met terugwerkende kracht vanaf 2009 “nachttoeslag” uitbetalen. Dit heeft de kantonrechter beslist in een door FNV Bondgenoten tegen dit bedrijf aangespannen procedure.

'Nachtrit'
Inzet was de vraag wat onder een ‘nachtrit’ in de CAO voor het Beroepsgoederenverkeer moet worden verstaan. FNV stelde, mede op basis van oudere CAO’s, dat de nachttoeslag moet worden uitgekeerd indien gewerkt wordt tussen 20.00 en 04.00 uur. Het transportbedrijf verwijst naar een uitspraak van de kantonrechter te Terneuzen uit 2006 die bepaalde dat de nacht pas begint om 00.00 uur.

De kantonrechter oordeelt nu dat de desbetreffende bepaling in de CAO niet duidelijk is. De werknemers mochten er redelijkerwijs vanuit gaan, met name nu art. 37 uit de CAO zelf een periode tussen 20.00 en 04.00 uur noemt, dat de tweedeling in dag- en nachtdienst, die volgt uit eerdere CAO’s, gehandhaafd is gebleven en dat een nachtrit al begint om 20.00 uur.'



28 september 2014
Celstraf voor inzetten kinderen bij plegen winkeldiefstallen

'Een 35-jarige vrouw uit Groot-Brittannië is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, voor het aanzetten tot diefstal en mensenhandel. De vrouw en haar toenmalige echtgenoot hebben hun kinderen, die toen 6 en 9 jaar oud waren, meegenomen naar een supermarkt in Arnhem en hen daar ingezet om winkeldiefstallen te plegen.

‘Mensenhandel’
Omdat zij misbruik heeft gemaakt van de kwetsbare positie van de kinderen, die immers van haar afhankelijk zijn, en hen zo heeft aangezet tot de diefstallen om er zelf van te profiteren wordt dit naast als diefstal ook aangemerkt als ‘mensenhandel’.

De rechtbank komt tot het oordeel dat er onvoldoende bewijs was dat de vrouw ook betrokken was bij het wegnemen door een van haar kinderen van een telefoon uit een telefoonwinkel en spreekt haar daarvan vrij.

Misdrijf tegen integriteit kinderen
Het handelen van de vrouw is een ernstig misdrijf, gericht tegen de integriteit van haar kinderen. Zij zijn door hun moeder ingezet om de diefstallen te plegen en hen wordt daarmee geleerd om te stelen. De moeder is voorbij gegaan aan de belangen van haar kinderen. Door de kinderen op jonge leeftijd het stelen te leren heeft zij hun levens mogelijk blijvend getekend en hun normen bijgebracht die hun kansen op een goede positie in de maatschappij nu al schaden. Dit baart grote zorgen.

Bezorgdheid
Uit informatie uit Groot-Brittannië is gebleken dat 2 kinderen van de vrouw in december 2012 in Cambridge zijn opgepakt voor een winkeldiefstal die zou zijn aangemoedigd door vader en moeder. Er werd ook in Groot-Brittannië bezorgdheid geuit dat de vrouw en haar man de kinderen zouden leren hoe ze winkeldiefstallen moeten plegen.

De opgelegde straf is lager dan de 15 maanden gevangenisstraf die door de officier van justitie was geëist, omdat de rechtbank de vrouw voor een gedeelte vrijspreekt en aansluiting heeft gezocht bij soortgelijke zaken.'



25 september 2014
Antwoord Europees Hof op vraag over overlevering voor ‘bagatelfeiten’

'Mag Nederland de overlevering weigeren voor ‘bagatelfeiten’? Dat was de vraag die de rechtbank Amsterdam op 2 september jl. heeft gesteld aan het Europees Hof van Justitie naar aanleiding van een lopende procedure.

De Overleveringswet kent een drempel voor de overlevering van personen aan andere EU-lidstaten. Die drempel bestaat uit de eis dat de overlevering wordt gevraagd voor een strafbaar feit waarop in Nederland ten minste 12 maanden gevangenisstraf staat. Naar aanleiding van Europese kritiek op deze eis heeft de minister in het verleden tegen de Tweede Kamer gezegd dat die is bedoeld om te voorkomen dat een overlevering voor een bagatelfeit plaatsvindt. De rechtbank Amsterdam is van oordeel dat deze eis in strijd is met Europese regelgeving. De rechtbank was echter niet helemaal zeker of zij de Europese regelgeving zo uitlegt als het Hof van Justitie van de Europese Unie dat doet en heeft de vraag voorgelegd aan het Hof.

Op 25 september heeft de rechtbank het antwoord van het Europees Hof van Justitie ontvangen. Uit de uitspraak van het Europees Hof van Justitie blijkt dat ook het Hof van oordeel is dat de eis die de Overleveringswet stelt in strijd is met de Europese regelgeving. De procedure zal nu op basis daarvan worden voortgezet bij de rechtbank Amsterdam.'



24 september 2014
Celstraf voor spookrijder A27

'De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt een 27-jarige Amsterdammer tot een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. Daarnaast legt de rechtbank een rijontzegging van 2 jaar op. De man veroorzaakte op 14 december 2013 een dodelijk verkeersongeluk op de A27 bij Laren.

Uit de verkeersongevallenanalyse van de politie en een reconstructie van het NFI blijkt dat de verdachte ’s nachts de A27 in de verkeerde richting is opgereden. Over een afstand van 3500 meter reed hij tegen het verkeer in. Uiteindelijk kwam hij frontaal in botsing met een voertuig dat in de goede richting reed. De bestuurder van die auto overleed aan zijn verwondingen.

Verdachte heeft op de avond voorafgaand aan het ongeval meerdere alcoholische consumpties gedronken; eerst in een restaurant en later in een kroeg in Utrecht. Hoeveel verdachte exact heeft gedronken en of het alcoholgehalte van zijn bloed ten tijde van het ongeval (nog) boven de strafbare hoeveelheid was, kan de rechtbank niet vaststellen. De rechtbank spreekt de verdachte daarom vrij voor het rijden onder invloed.

Vast staat echter wel dat verdachte, na zijn alcoholgebruik, is gaan rijden en vervolgens is gaan spookrijden op de snelweg en dat gedurende enkele kilometers is blijven doen zonder dit op te merken. Daardoor heeft verdachte zeer onvoorzichtig en onoplettend gehandeld. Door zijn handelen heeft de verdachte het meest waardevolle wat er is, een mensenleven, weggenomen. Hierdoor heeft de verdachte aan de moeder van het slachtoffer, zijn verloofde en zijn 2 jonge kinderen, alsmede aan anderen die het slachtoffer liefhadden onherstelbaar leed toegebracht.'



24 september 2014
Gerechtshof gaat zussen Holleeder horen in Passage-proces

'Het gerechtshof Amsterdam heeft beslist dat de zussen van Willem Holleeder en zijn voormalige vriendin als getuigen op de zitting zullen worden gehoord. Dit zal gebeuren in het liquidatieproces Passage. De verhoren gaan plaatsvinden op 30 november en 1 december 2015.

Ook getuigenverhoor bij de rechtbank
De verklaringen die de vrouwen bij de politie hebben afgelegd, hebben veel publicitaire aandacht gekregen. Deze getuigen zullen in de strafzaak tegen Holleeder (zaak Vandros) die nu loopt bij de rechtbank Amsterdam uitgebreid worden gehoord. In eerste instantie zullen dit verhoren bij de rechter-commissaris zijn, in de periode december 2015 tot en met maart 2016. Deze verhoren zijn besloten.

Het onderzoek Passage wordt nu behandeld in hoger beroep door het hof. Ook voor dit onderzoek kunnen de verklaringen van de getuigen van belang zijn. Zij hebben gesproken over enkele verdachten die in het kader van Passage terechtstaan.

Getuigen op zitting gehoord
De raadslieden van enkele verdachten hadden het hof gevraagd om deze getuigen op de zitting te horen. De advocaat-generaal had zich hiertegen verzet. Hij wilde dat eerst het resultaat van de verhoren bij de rechter-commissaris zou worden afgewacht.

Het hof heeft alle belangen afgewogen en heeft de keuze gemaakt om de getuigen op betrekkelijk korte termijn ter zitting te horen. Daarbij heeft het hof zwaar laten wegen dat er tempo moet worden gehouden in de behandeling van Passage. Het onderzoek duurt reeds zeer lang. Als de verhoren bij de rechter-commissaris zouden worden afgewacht zou dit teveel vertraging opleveren.

De advocaat-generaal heeft gesteld dat, als de getuigen spoedig op de zitting zullen worden gehoord, hij zal vragen om de deuren voor het publiek te sluiten. Het hof wacht het nadere standpunt van het openbaar ministerie af.

Belasting van de getuigen
Het hof heeft ook oog gehad voor de belangen van de getuigen zelf. De verhoren zullen voor hen belastend zijn. Maar de onderwerpen waarover zij gehoord zullen worden in Passage zijn beperkt en overzichtelijk. Bovendien mag volgens het hof verwacht worden dat de belasting voor de getuigen minder zal zijn omdat zij niet in de zaak van hun broer dan wel ex-vriend verklaren, maar in een zaak waarin zij in een andere verhouding tot de verdachten staan.

Overlap met strafzaak tegen Holleeder
Tot slot heeft het hof ook nog stilgestaan bij het feit dat er overlap is tussen de zaak Vandros (Holleeder) bij de rechtbank en de zaak-Passage in hoger beroep. Die overlap is er, zegt het hof maar die moet ook niet worden overdreven. Dat heeft het hof al meermalen gezegd. Het hof ziet goede mogelijkheid om keuzes te maken inzake de voortgang zonder andere belangen te schaden, waaronder dat van het proces tegen Holleeder.'



23 september 2014
In hoger beroep wel celstraf voor veroorzaker dodelijk ongeval Meijel

'De 34-jarige man die in Meijel een verkeersongeval veroorzaakte waarbij een opa, een oma en hun 2-jarige kleindochter om het leven kwamen, is in hoger beroep veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf. Anders dan de rechtbank vindt het hof dat vast is komen te staan dat de man zeer onvoorzichtig heeft gereden. Naast de celstraf krijgt de man een rijontzegging opgelegd van 4 jaar.

Ongeval
Op 19 mei 2013 reed de man op de Heldensedijk in Meijel en verloor daar in een flauwe bocht de macht over het stuur. Via de berm kwam hij op het fietspad terecht waar de opa en de oma op dat moment fietsten. Het kleinkind zat voorop in een fietsstoeltje. Zij werden geschept door de auto en overleden ter plekke.

Rijgedrag
Om te kunnen vaststellen of en in welke mate de man schuldig is aan het veroorzaken van het ongeluk heeft het hof nogmaals uitgebreid naar het rijgedrag van de man gekeken. Uit eerder onderzoek was al vast komen te staan dat hij geen alcohol of drugs had gebruikt en dat hij niet aan het bellen was tijdens het rijden. Over de precieze snelheid waarmee de man had gereden, bestond onduidelijkheid. Het gerechtshof heeft hier nader onderzoek naar laten doen. Op basis van dat aanvullend onderzoek en de verklaringen die de deskundigen tijdens de zitting in hoger beroep hebben afgelegd, is het hof tot de conclusie gekomen dat de snelheid tijdens het rijden op de weg hoger moet hebben gelegen dan 80 km/uur, de ter plaatse toegestane maximumsnelheid. Hierbij heeft het hof ook - anders dan de rechtbank - de verklaringen van getuigen meegenomen. Zij verklaarden allemaal dat ze de man met een veel te hoge snelheid hadden zien rijden.

Straf
Alles afwegende, vindt het hof dat niet kan worden volstaan met de straf die is geëist door de advocaat-generaal (12 maanden gevangenisstraf en een rijontzegging van 3 jaar). Hierbij heeft het hof in het bijzonder gelet op het groot en onherstelbaar leed dat de nabestaanden is toegebracht. Verder heeft het hof onder meer rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde en met de straffen die in het verleden zijn opgelegd voor het veroorzaken van een dodelijk ongeval door hoogst onvoorzichtig rijgedrag.

Het hof vindt een gevangenisstraf van 15 maanden en een rijontzegging van 4 jaar passend en geboden.

De rechtbank Limburg oordeelde in november 2014 dat niet bewezen kon worden dat het ongeval aan de schuld van de man te wijten was. Wel vond de rechtbank dat de man een gevaar op de weg had veroorzaakt. Daarvoor werd hij veroordeeld tot een taakstraf van 120 uur.'



22 september 2014
Haagse hof staat staking politiebegeleiding gerechtsdeurwaarders toe

'Het actiemiddel van de politie om gerechtsdeurwaarders niet te begeleiden bij het leggen van beslag op roerende zaken en bij ontruimingen en gijzelingen is toegestaan. Dat heeft het gerechtshof in Den Haag op 22 september 2015 in hoger beroep bepaald. Het Haagse hof is van oordeel dat het op dit moment niet dringend noodzakelijk is om de actie te verbieden.

De Nederlandse Staat en de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders waren een spoedprocedure tegen de diverse politiebonden gestart. Gerechtsdeurwaarders dienen volgens de wet begeleid te worden door de politie als bij de beslaglegging de deuren gesloten zijn of de toegang geweigerd wordt. De politie voert actie voor een betere CAO en zet als actiemiddel in om bij het openen van deuren niet aanwezig te zijn, behalve in schrijnende gevallen.

Het hof overweegt dat de politie slechts weinig actiemiddelen ter beschikking heeft. Het is duidelijk dat door deze actie van de politie derden schade lijden, bijvoorbeeld woningbouwverenigingen. Het is echter inherent aan het recht op collectieve actie dat derden schade kunnen lijden. Er moet wel sprake zijn van proportionaliteit. Het Haagse hof oordeelt dat op dit moment de schade niet zo omvangrijk is dat deze onaanvaardbaar is.'



22 september 2014
In hoger beroep 12 jaar cel en TBS met verpleging voor moord op ex-vriendin

'Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de man die op 25 mei 2013 in Zutphen zijn ex-vriendin door verwurging om het leven heeft gebracht. De toen 25-jarige verdachte kon het niet verkroppen dat zijn vriendin eind 2012 voor de tweede keer een einde aan hun relatie maakte.

Bij de rechtbank
De zaak is in eerste aanleg berecht door de rechtbank in Zutphen. Deze legde hem, overeenkomstig de eis van de officier van justitie, bij vonnis van 18 maart 2014 wegens moord (= doodslag met voorbedachten rade) een gevangenisstraf op voor de duur van 12 jaar plus terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege (TBS).

Het hoger beroep
De verdachte kwam in hoger beroep, ondanks zijn eerdere uitspraak dat hij het vonnis van de rechtbank zou accepteren. De verdediging voerde aan dat sprake was van doodslag en niet van moord. Bovendien zou de door de rechtbank gebruikte rapportage over de persoon van verdachte gebrekkig zijn omdat hij ten tijde daarvan in een zeer slechte geestelijke toestand verkeerde.

Het hof heeft in een tussenbeslissing bevolen dat verdachte ter observatie werd opgenomen in het Pieter Baan Centrum (PBC). De deskundigen van het PBC kwamen op hoofdlijnen tot de zelfde conclusie als de eerdere rapporteurs: verdachte moet als verminderd toerekeningsvatbaar worden aangemerkt en ter voorkoming van herhaling is terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege noodzakelijk.

De advocaat-generaal heeft op de zitting in hoger beroep wegens moord oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaar geëist, gecombineerd met TBS met verpleging. De raadsman heeft aangevoerd dat voorbedachten rade niet kan worden bewezen, zodat sprake is van doodslag. Daarom heeft de raadsman een lagere gevangenisstraf bepleit. Tegen de oplegging van TBS verzette de verdediging zich niet.

Het gerechtshof is van oordeel dat wel degelijk sprake is van moord. Het hof gaat uit van verminderde toerekeningsvatbaarheid bij verdachte. Tegenover deze strafverlagende omstandigheid staat de bijzondere ernst van het feit: het op gewelddadige wijze een bijna 22-jarige vrouw van het leven beroven. Het aan haar nabestaanden toegebrachte leed neemt het hof uitdrukkelijk mee in zijn beslissing.'



21 september 2014
Geen straf voor dodelijk steekincident Alphen vanwege zelfverdediging

'De rechtbank Den Haag heeft een 23 jarige man, die betrokken was bij een steekincident op 14 december 2014 waarbij de 27-jarige Pierre Weymans om het leven kwam, ontslagen van rechtsvervolging. Dat betekent dat de verdachte geen straf opgelegd krijgt. De rechtbank is van oordeel dat hij zich terecht op zelfverdediging beroept.

Steekincident
Vast staat dat Pierre Weymans is overleden aan de gevolgen van steekwonden die de verdachte hem tijdens een worsteling heeft toegebracht. Weymans raakte betrokken in een vechtpartij tussen zijn vriend en de verdachte. Uit de verklaringen van vele onafhankelijke getuigen volgt dat Weymans verdachte daarbij in een houdgreep heeft genomen waardoor verdachte geen kant meer op kon en niet kon ontsnappen. Op hetzelfde moment heeft de vriend van Weymans verdachte volgens die getuigen meerdere malen hard op zijn rug geschopt en geslagen met de gesp van een riem, zo hard dat omstanders dat onaanvaardbaar vonden en op het punt stonden in te grijpen. Zelfverdediging
De combinatie van de houdgreep en het slaan en schoppen maakt dat verdachte zich in een situatie bevond waarin hij zich mocht verdedigen. Weliswaar is hij daarbij de grenzen van verdediging te buiten gegaan, want het toebrengen van vier steken was niet noodzakelijk, maar de rechtbank gaat er van uit dat dit is gebeurd onder invloed van de emoties die de houdgreep en het slaan bij verdachte veroorzaakten. Daarom handelde verdachte uit zelfverdediging in de vorm van noodweerexces. Dit betekent dat hij weliswaar gestoken heeft, maar dat hem dat vanwege de heftige emoties tijdens het incident niet verweten kan worden. Vier weken gevangenisstraf voor mishandeling
De verdachte is in een andere zaak wegens mishandeling veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken.'



21 september 2014
Geldboete voor Nijmegenaar na aanvaring met andere boot

'De militaire kamer heeft een 29-jarige man uit Nijmegen veroordeeld voor het niet treffen van alle voorzorgsmaatregelen die als schipper van een boot volgens goed zeemanschap wordt verwacht. Door dit na te laten ontstond er een aanvaring met een andere boot tijdens een evenement in de gemeente Alkmaar. De man moet een geldboete van 1.000 euro betalen.

De militaire kamer spreekt de man vrij van het veroorzaken van een ongeluk met levensgevaar. De militaire kamer vindt het niet bewezen dat daadwerkelijk levensgevaar voor de inzittende is ontstaan.

Onoplettendheid tijdens manoeuvre
De Nijmegenaar voer tijdens een demonstratie op het Noord-Hollands Kanaal, met 5 inzittenden waarvan 4 kinderen. De man wilde een manoeuvre uithalen met zijn collega (ook in een motorboot) door richting elkaar te varen en vlak voor het moment dat ze elkaar zouden passeren tegelijkertijd uit naar rechts te wijken. Tijdens deze manoeuvre keek de man naar zijn collega en keek hij niet of onvoldoende om zich heen. Zijn snelheid was op dat moment zo’n 30 kilometer per uur. Na de manoeuvre keek hij achterom naar zijn collega om te zien of alles goed was gegaan. Daarop kwam hij in aanvaring met een andere boot.

De militaire kamer overweegt dat de man extra goed om zich heen had moeten kijken gelet op de snelheid waarmee hij voer. Hij wist dat er andere boten voeren en dat zij ook sneller voeren dan gebruikelijk was.

De officier van justitie had een werkstraf geëist. De opgelegde straf is lager, omdat de militaire kamer een minder zwaar feit bewezen acht.'



18 september 2014
Staat aansprakelijk voor misgelopen vakantiedagen

'De Staat moet vakantiedagen vergoeden die twee arbeidsongeschikte werknemers zijn misgelopen doordat de wet voor 1 januari 2012 niet was aangepast aan een Europese richtlijn.

Volgens de Nederlandse wet die tot 1 januari 2012 gold, hadden zieke werknemers slechts in beperkte mate aanspraak op vakantiedagen, namelijk uitsluitend over de laatste zes maanden van hun arbeidsongeschiktheid. Daardoor bouwden zij minder vakantiedagen op dan andere werknemers.

Deze regeling was in strijd met een Europese richtlijn. Deze richtlijn geeft werknemers een onvoorwaardelijke aanspraak op vakantiedagen over de gehele periode dat zij in dienst zijn, ongeacht of zij arbeidsgeschikt zijn. De beperking van de wet tot de laatste zes maanden was dus niet toegestaan. Daarom is de wet aangepast. Dat is pas gebeurd geruime tijd nadat de richtlijn had moeten zijn uitgevoerd.

Twee werknemers zijn tegen de Staat gaan procederen vanwege de vakantiedagen die zij zijn misgelopen door de oude regeling. Zij willen schadevergoeding voor die dagen. Zij verwijten de Staat dat de wet eerder had moeten zijn aangepast aan de richtlijn.

Eerst de kantonrechter en daarna het hof heeft deze schadevergoeding toegewezen. De Hoge Raad heeft vandaag het cassatieberoep van de Staat tegen de beslissing van het hof verworpen. De Hoge Raad heeft beslist dat op de aansprakelijkheid van de Staat voor de te late uitvoering van Europese richtlijnen de gewone Nederlandse aansprakelijkheidsregels van toepassing zijn. Omdat de wet al had moeten zijn aangepast aan de richtlijn, is de Staat verplicht tot vergoeding van de vakantiedagen die de werknemers zijn misgelopen.'



17 september 2014
Man uit Erp krijgt 4 jaar cel voor drugsdelicten

'Een 45-jarige man uit Erp is door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld voor onder meer het bezit en de productie van harddrugs. Hij krijgt een gevangenisstraf van 4 jaar.

De man reed 31 oktober vorig jaar op de openbare weg in Veghel, toen zijn auto explodeerde. Bij de ontplofte auto trof de politie amfetamine aan. De man had ook drugsdelicten op zijn naam staan. Zijn echtgenote verklaarde kort na de explosie dat haar man op weg was naar het huis van zijn overleden ouders in Veghel. Bij een doorzoeking van die woning trof de politie ruim 4 kilo heroïne, 1 kilo cocaïne, 4 kilo metamfetamine en 2 kilo amfetamine aan. Verder werden in die woning stoffen en voorwerpen aangetroffen die gebruikt kunnen worden bij de productie van harddrugs en bleek dat er heroïne, amfetamine en metamfetamine was geproduceerd. De rechtbank concludeert uit de bewijsmiddelen dat de man deze feiten niet in samenwerking met anderen maar alleen heeft gepleegd.

Verder is de man veroordeeld voor vernieling in mei vorig jaar in Veghel. Hij stak na een verkeersruzie een band van een auto lek en moet daarvoor een boete betalen van 250 euro. Ook moet hij de eigenaar een nieuwe band vergoeden.

De rechtbank houdt er bij het bepalen van de straf rekening mee dat de man meerdere keren eerder is veroordeeld voor onder meer drugsdelicten. Hij was dus een gewaarschuwd man. De rechtbank realiseert zich dat de man tijdens de explosie van zijn auto (ernstig) gewond is geraakt en dat hij hiervan nog steeds moet herstellen. Dit is voor de rechtbank echter geen reden om tot een andere strafoplegging te komen. De penitentiaire inrichtingen in Nederland zijn uitgerust om de man adequate medische verzorging te bieden.'



17 september 2014
Penningmeester krijgt taakstraf voor verduisteren 39.000 euro

'De rechtbank Oost-Brabant heeft een 66-jarige vrouw uit Maastricht veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur voor het verduisteren van een groot geldbedrag van de Seniorenpartij Maastricht.

De vrouw was penningmeester van die partij en verduisterde van 2009 tot en met 2014 een totaalbedrag van 39.000 euro.

De rechtbank houdt er bij het bepalen van de straf rekening mee dat de vrouw haar functie als penningmeester misbruikte en daarmee het vertrouwen van het bestuur en partijleden ernstig beschaamde. In het voordeel van de vrouw weegt mee dat zij zelf naar het bestuur en een wethouder van de gemeente Maastricht is gestapt en opbiechtte dat zij geld van de partij had verduisterd. Daarnaast is de vrouw al getroffen door de gevolgen van het delict. Na het bekend worden van de verduistering verloor haar bedrijf veel klanten en verbraken haar kinderen en meerdere vrienden en kennissen het contact met haar.'



17 september 2014
Nekklem niet verboden

'De voorzieningenrechter in Den Haag heeft vandaag een vordering tot het verbieden van de nekklem door de politie afgewezen. De zaak was aanhangig gemaakt door een activist, die in het verleden al eens met de nekklem is geconfronteerd. De rechter heeft geoordeeld dat niet kan worden geconcludeerd dat toepassing van de nekklem in het algemeen onrechtmatig is. Ambtenaren van de politie mogen geweld gebruiken op grond van de Politiewet 2012. Dat geweld moet gerechtvaardigd, proportioneel en subsidiair zijn. Of dat het geval is (geweest), moet in individuele gevallen worden getoetst.'



17 september 2014
2 jaar en 6 maanden cel voor doodrijden vrouw in Enschede

'De rechtbank Overijssel veroordeelt een 25-jarige man uit Enschede tot een gevangenisstraf van 2 jaar en 6 maanden voor het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeluk. De man reed onder invloed van alcohol en met veel te hoge snelheid een 25-jarige vrouw aan toen zij te voet de weg overstak. Naast de straf moet hij de vriend van het slachtoffer, die het ongeluk voor zijn ogen zag gebeuren, een schadevergoeding van ruim 35.000 euro betalen en mag hij 4 jaar lang geen auto besturen.

Oversteekplaats
Op 13 april 2014 rond half 2 ’s nachts rijdt de man over de Zuid Esmarkerrondweg in Enschede. Op hetzelfde moment laat het latere slachtoffer samen met haar vriend hun hondje uit. De man rijdt met hoge snelheid op een oversteekplaats af, terwijl de vrouw daar net bezig is met oversteken. Haar vriend loopt een paar stappen voor haar. De automobilist kan de overstekende vrouw niet meer ontwijken. Zij overlijdt ter plaatse aan haar verwondingen. Ook het hondje overleeft de botsing niet.

Onoplettend en onvoorzichtig
Uit onderzoek is gebleken dat de man op het moment van het ongeluk tussen de 65 en de 80 km/u reed, terwijl op die plek 50 km/u is toegestaan. Ook had hij ruim 3 keer de toegestane hoeveelheid alcohol in zijn bloed. De dood van het slachtoffer is veroorzaakt door het onoplettende en onvoorzichtige rijgedrag van de man. Daarmee heeft hij groot leed toegebracht aan de vriend, de familie en naaste omgeving van het slachtoffer. Hun gemis en pijn is onherstelbaar. Vooral voor de vriend van het slachtoffer, die het ongeluk zag gebeuren, was het ongeval een traumatische gebeurtenis. De veroorzaker van het ongeluk moet hem dan ook een schadevergoeding van ruim 35.000 euro betalen, waarvan 20.000 euro voor immateriële schade.

Strafverzwarend
Voor het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeluk door een grove verkeersfout met alcohol is als oriëntatiepunt een gevangenisstraf van 2 jaar vastgesteld. Die straf was ook geëist door de officier van justitie. De rechtbank legt een hogere straf op, onder meer op omdat de man veel te hard reed. Ook kreeg hij al eerder een boete wegens rijden onder invloed en was hij, voordat hij de weg op ging, door een vriend gewaarschuwd dat het niet verstandig was om nog naar huis te rijden.'



16 september 2014
Gevangenisstraffen voor gewelddadige straafroof

'De rechtbank in Rotterdam heeft vandaag een 27-jarige vrouw uit Roemenië en een 34-jarige man uit Roemenië beiden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar en 6 maanden. Vast is komen te staan is dat zij vanuit hun auto de gouden ketting hebben gestolen van een 62-jarige vrouw aan wie zij de weg vroegen.

Het slachtoffer is daarbij ten val gekomen en ernstig gewond geraakt. Zij liep onder andere een schedelbreuk op en het is niet duidelijk of zij volledig van haar verwondingen zal herstellen.

De veroordeelde man en vrouw moeten het slachtoffer een schadevergoeding betalen van ruim 28.000 euro.

Van de twee andere inzittenden van de auto is niet komen vast te staan dat zij een rol hadden in de straatroof. Zij zijn vrijgesproken.'



16 september 2014
Beslissingen pro forma zitting in zaak Holleeder

'De twee zussen en de ex-vriendin van Holleeder worden op korte termijn niet op een openbare terechtzitting gehoord. Dat heeft de rechtbank bepaald naar aanleiding van een verzoek van de officieren van justitie in deze zaak. Die willen de drie vrouwen in december of januari ter terechtzitting horen, mede in verband met het nog lopende hoger beroep in de zaak Passage. De rechtbank vindt dat echter te vroeg, omdat het dossier dan nog niet compleet zal zijn. Bovendien verwacht de rechtbank dat het zal gaan om lange en intensieve verhoren die beter in de beslotenheid van het kabinet van de rechter-commissaris kunnen plaatsvinden. Dat zou volgens de rechtbank kunnen inhouden dat de getuigen eerder door het gerechtshof tijdens het onderzoek Passage worden gehoord. Dat is echter een consequentie die onlosmakelijk verbonden is met de fase waarin beide processen zich op dit moment bevinden.

De raadsman heeft aangegeven dat verdachte een verklaring wenst af te leggen over datgene wat de vrouwen hebben verteld. Het heeft dan ook de voorkeur van de rechtbank dat de verhoren van de getuigen na die verklaring zullen plaatsvinden.

De rechtbank wijst de vordering tot gevangenneming van Holleeder toe. Naast de al bestaande beschuldigingen acht de rechtbank voldoende ernstige bezwaren aanwezig voor de betrokkenheid van verdachte bij de moord op Endstra en poging moord op Denneboom, alsook bij de moord op Van Hout en doodslag van Ter Haak.

De rechtbank verwijst de zaak terug naar de rechter-commissaris. Die zal beslissen over de inhoudelijke onderzoekswensen van de officieren van justitie en de verdediging.

De zaak wordt aangehouden tot 4 december 2015 om 10.00 uur, dan vindt de volgende pro forma zitting plaats.'



16 september 2014
Minister I en M moet tracébesluit Zuidelijke Ringweg Groningen aanpassen

'De minister van Infrastructuur en Milieu moet binnen 24 weken het tracébesluit 'Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2' op 5 onderdelen aanpassen.

Dat heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vandaag (16 september 2015) bepaald in een zogenoemde tussenuitspraak. Met het tracébesluit wil de minister het bestaande tracé van de Zuidelijke Ringweg veranderen. Tegen het tracébesluit waren in totaal 15 bezwaarmakers in beroep gekomen, waaronder de Stichting Leefomgeving Zuidelijke Ringweg Groningen.

Verkeer en geluid
De minister moet allereerst zogenoemde verkeersveiligheidsaudits uitvoeren en de resultaten daarvan in een verslag opnemen. Verder moet de minister voor een woning aan de Papiermolenlaan in Groningen beoordelen of daar geluidwerende maatregelen kunnen worden genomen. De Afdeling bestuursrechtspraak is van oordeel dat de uitzonderingsbepaling in een geluidsvoorschrift op basis waarvan zij die beoordeling achterwege heeft gelaten, onverbindend is. Ook had zij bezwaarmakers op de hoogte moeten stellen hoe zij de geometrische gegevens voor het akoestisch onderzoek konden inzien, zodat zij dit onderzoek konden controleren.

Voetgangersbrug
Het tracébesluit bepaalt dat de bestaande fietstunnel bij de Papiermolenlaan onder de Zuidelijke Ringweg wordt vervangen door een voetgangersbrug. De Afdeling bestuursrechtspraak is van oordeel dat de minister waarborgen had moeten opnemen om te voorkomen dat bij de uiteindelijke situering van de voetgangersbrug het woongenot van omwonenden 'op onaanvaardbare wijze' wordt aangetast. Verder had de minister moeten onderzoeken of het vervangen van de fietstunnel door een nieuwe fietstunnel 'mogelijk en haalbaar' is, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak. Omdat de fietstunnel ook een belangrijke vliegroute is voor vleermuizen, had de minister ten slotte moeten onderzoeken wat de gevolgen zijn van het verdwijnen van de tunnel voor de vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen.

Tussenuitspraak
De minister heeft 24 weken de tijd om het tracébesluit op deze punten aan te passen. Daarna zal de Afdeling bestuursrechtspraak hierover een einduitspraak doen. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft in de tussenuitspraak van vandaag vier beroepschriften niet ontvankelijk verklaard. Vier andere beroepschriften zijn ongegrond. Voor deze acht bezwaarmakers is de procedure nu afgerond.

Tracébesluit
De minister wil met het tracébesluit de bereikbaarheid van de regio Groningen verbeteren en de verkeersveiligheid bevorderen. Een deel van de Zuidelijke Ringweg wordt verdiept aangelegd. Over het verdiepte deel komen 'deksels', waarop een nieuw groen gebied wordt aangelegd: het Zuiderplantsoen.'



11 september 2014
Ondernemingskamer gelast onderzoek naar Rotterdamse Taxi Centrale

'Op 11 september 2015 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek gelast naar het beleid en de gang van zaken van Rotterdamse Taxi Centrale RTC N.V. (RTC). Bij wijze van onmiddellijke voorziening heeft de Ondernemingskamer voorts een onafhankelijke commissaris benoemd bij RTC.

De Ondernemingskamer heeft geoordeeld dat de gang van zaken bij RTC twijfel oproept over de vraag of de belangen van RTC op voldoende zorgvuldige wijze worden onderscheiden van de belangen van bepaalde bij RTC betrokken personen.

Daarnaast plaatst de Ondernemingskamer vraagtekens bij het in de loop der jaren gevoerde beleid ten aanzien van extra exploitatierechten die RTC aan haar aandeelhouders (taxi-ondernemers) heeft uitgegeven.

Verder acht de Ondernemingskamer de wijze waarop het contractvervoer over de aandeelhouders van RTC wordt verdeeld, onvoldoende transparant.

Het onderzoek zal zich ook uitstrekken tot RTC Franchise, een dochtervennootschap van RTC. Bij RTC Franchise roepen de stijging van de personeelskosten, de inhoud van managementovereenkomsten en de bedrijfsvoering vragen op.'



11 september 2014
Celstraf voor mishandeling met fatale afloop in Haagse caravan

'Een 44-jarige man is door het gerechtshof in Den Haag op 11 september 2015 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar en 10 maanden. Het Haagse hof acht bewezen dat hij samen met een mededader een man zodanig mishandeld heeft dat deze aan de gevolgen hiervan overleden is. De mishandeling vond plaats in de nacht van 1 op 2 november 2011 in een caravan te Den Haag. De daders hebben het slachtoffer vervolgens aan zijn lot overgelaten. Het slachtoffer is overleden aan het bloedverlies ten gevolge van alle letsels die hem waren toegebracht.

De verdachte was in eerste aanleg door de rechtbank wegens doodslag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 9 jaar. Het gerechtshof acht in hoger beroep de door het Openbaar Ministerie tenlastegelegde doodslag niet bewezen. Naar het oordeel van het hof is de verdachte overleden aan de gevolgen van mishandeling waaraan de verdachte en zijn mededader zich schuldig hebben gemaakt. Anders dan de rechtbank komt het hof tot de conclusie dat niet 1, maar 2 personen schuldig zijn aan de dood van het slachtoffer.

Het Haagse hof is van oordeel dat oplegging van de maximale gevangenisstraf van 6 jaar voor dit feit geboden is. Omdat de behandeling in hoger beroep 3 jaar heeft geduurd, heeft het hof dit meegewogen bij het bepalen van de hoogte van de gevangenisstraf. De straf die uiteindelijk is opgelegd bedraagt 5 jaar en 10 maanden. De verdachte heeft op de dag van de uitspraak deze gevangenisstraf uitgezeten, zodat hij onmiddellijk in vrijheid wordt gesteld.'



10 september 2014
Publiceren foto’s op Facebook leidt tot voorwaardelijke celstraf

'De politierechter heeft een 41-jarige man uit Nijmegen 1 maand voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd voor belediging.

Die belediging bestond uit het publiceren van naaktfoto's van zijn ex-vriendin op Facebook in oktober 2013. De man hackte daartoe het Facebookaccount van zijn ex-vriendin.

Er was een geldboelte van 200 euro geëist. De straf is veel zwaarder dan de eis, omdat dit gedrag absoluut niet wordt geaccepteerd.'



10 september 2014
Advies AG: Kindgebonden budget niet in mindering op kosten kind

'Het kindgebonden budget inclusief de alleenstaande ouderkop moet bij de berekening van de kinderalimentatie niet in mindering komen op de kosten van het levensonderhoud van kinderen (de behoefte). Dat adviseert advocaat-generaal Fred Hammerstein de Hoge Raad. Volgens hem moet het kindgebonden budget worden opgeteld bij het inkomen van de ouder die het budget ontvangt en op die manier meewegen bij diens draagkracht. Dit advies wijkt af van de aanbeveling van de Expertgroep alimentatienormen.

In deze zaak zijn prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad omdat in de rechtspraak en literatuur over dit onderwerp verschillende opvattingen bestaan. Aan de Hoge Raad wordt nu gevraagd hierover een duidelijke uitspraak te doen.

Wanneer het kindgebonden budget in mindering wordt gebracht op de kosten van het levensonderhoud van kinderen heeft dat tot gevolg dat er veel minder of geen alimentatie meer hoeft te worden betaald. Het kindgebonden budget laten meewegen bij de draagkracht van de ouder die het budget ontvangt, doet volgens advocaat-generaal Hammerstein het meeste recht aan het wettelijke uitgangspunt dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor het levensonderhoud van hun kinderen. Na echtscheiding moeten zij in de kosten daarvan naar draagkracht bijdragen. Volgens hem heeft de wetgever het kindgebonden budget primair bedoeld als inkomensondersteunende maatregel. Tenslotte levert deze manier van berekening in de meeste gevallen een redelijke uitkomst op.

Een conclusie is een rechtsgeleerd advies aan de Hoge Raad. De advocaat-generaal is lid van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie. Het parket bij de Hoge Raad kan zich over een door de Hoge Raad te beoordelen zaak niet anders uitlaten dan in het kader van de conclusie en is dan ook niet in de gelegenheid tot het geven van commentaar.'



9 september 2014
Natuurvergunningen voor elektriciteitscentrale in de Eemshaven in orde

'De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de bezwaren ongegrond verklaard tegen de in oktober 2014 gewijzigde natuurvergunningen voor de elektriciteitscentrale van RWE in de Eemshaven. Dat betekent dat de elektriciteitscentrale nu over geldige natuurvergunningen beschikt.

Dit blijkt uit een einduitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van vandaag (9 september 2015). De natuurvergunningen zijn verleend door de staatssecretaris van Economische Zaken en de colleges van gedeputeerde staten van Groningen, Fryslân en Drenthe. Stichting Natuur en Milieu, de Waddenvereniging, Greenpeace en enkele Duitse gemeenten vonden het onderzoek naar de stikstofneerslag en de kwikuitstoot door de elektriciteitscentrale nog steeds onvoldoende.

Stikstof en kwik
De Afdeling bestuursrechtspraak is van oordeel dat de overheden op basis van nieuw onderzoek de vereiste zekerheid hebben gekregen dat de Natura 2000-gebieden 'Lieftinghsbroek' en 'Drouwenerzand' niet zullen worden aangetast door de toename van de stikstofuitstoot van de elektriciteitscentrale. Zij mochten daarbij rekening houden met de natuurmaatregelen die RWE op grond van de gewijzigde natuurvergunningen moet treffen. Ook uit het nieuwe onderzoek naar de kwikuitstoot hebben de overheden de zekerheid kunnen verkrijgen dat de kwikuitstoot van de elektriciteitscentrale geen nadelige gevolgen heeft voor de Natura 2000-gebieden, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.

Lange voorgeschiedenis
Er is al jaren veel te doen over de natuurvergunningen voor de elektriciteitscentrale van RWE in de Eemshaven. Eerdere natuurvergunningen werden door de Afdeling bestuursrechtspraak in augustus 2011 vernietigd. In juni 2012 verleenden de staatssecretaris en de provinciebesturen nieuwe natuurvergunningen aan RWE waartegen de bezwaarmakers weer in beroep kwamen. De Afdeling bestuursrechtspraak deed in april 2014 een zogenoemde tussenuitspraak in deze zaak. Daarin verklaarde ze een groot aantal bezwaren ongegrond, maar oordeelde ze wel dat onderzoek moest worden gedaan naar de gevolgen van de elektriciteitscentrale voor de Natura 2000-gebieden 'Lieftinghsbroek' en 'Drouwenerzand'. Ook moesten de staatssecretaris en de provinciebesturen de gevolgen van de kwikuitstoot van de elektriciteitscentrale onderzoeken. De Afdeling bestuursrechtspraak droeg hun op om binnen 26 weken de ontbrekende onderzoeken te doen. In oktober 2014 verbonden de overheden aanvullende voorschriften aan de natuurvergunningen op basis van de nieuwe onderzoeken.

RWE
RWE Eemshaven Holding B.V. is eigenaar van de kolengestookte elektriciteitscentrale in de Groningse Eemshaven. Zij beschikt sinds eind november 2011 al over een milieuvergunning voor de centrale.'



9 september 2014
Nieuw besluit nodig over omgevingsvergunning hypermarkt Steenwijk

'Het college van burgemeester en wethouders van Steenwijkerland moet een nieuw besluit nemen op de bezwaren tegen de omgevingsvergunning voor een hypermarkt langs de A32 bij Steenwijk. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van vandaag. Een groot aantal ondernemers uit Steenwijk, waaronder de Handelsvereniging Steenwijk en enkele supermarkten, was tegen de omgevingsvergunning in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

1 grote winkelruimte
Het gemeentebestuur van Steenwijkerland heeft een vergunning verleend voor een hypermarkt met 1 grote winkelruimte. Door het plaatsen van afscheidingen in het rechtergedeelte van het gebouw ontstaan echter diverse afzonderlijke kleine winkels die door verschillende ondernemers worden geëxploiteerd. De openheid in dit gedeelte van het gebouw gaat hierdoor grotendeels verloren. Het bouwplan voldoet daarmee niet aan de definitie van hypermarkt die het gemeentebestuur zelf daaraan heeft gegeven. Daardoor is er ten onrechte een omgevingsvergunning voor de hypermarkt verleend, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.

Nieuw besluit
Het gemeentebestuur moet nu een nieuw besluit nemen op de bezwaren van de ondernemers. Het kan een nieuwe omgevingsvergunning verlenen op basis van een aangepast bouwplan voor de hypermarkt dat wel in overeenstemming is met het bestemmingsplan. Maar het gemeentebestuur kan ook besluiten om voor het bouwplan zoals het er nu ligt, af te wijken van het bestemmingsplan. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft verder bepaald dat als de bezwaarmakers het niet eens zijn met het nieuwe besluit van het gemeentebestuur zij daartegen direct beroep kunnen instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak. Ze kunnen dan de beroepsfase bij de rechtbank overslaan.

Hypermarkt
Focus Retail Development B.V. wil aan de A32 een zogenoemd retailpark met hypermarkt, het Focus-U-Park, bouwen. Het retailpark met een oppervlakte van bijna 30.000 m² is gepland aan de Eeser Campus in Steenwijk.'



9 september 2014
Verhuizing uitgeprocedeerde gezinnen Almelo kan doorgaan

'De voorzieningenrechter van de rechtbank Overijssel oordeelt dat de Staat van een groep gezinnen van uitgeprocedeerde asielzoekers uit Almelo kan verlangen dat zij verhuizen naar een andere gezinslocatie. Het verzoek van de asielzoekers dat de rechter de Staat moet verbieden om hen over te plaatsen is afgewezen.

Overplaatsen
Verzoekers in de zaak zijn de ouders, meerderjarige broers of zussen dan wel opa en oma van een aantal minderjarige vreemdelingen die verblijven op een gezinslocatie in Almelo. Verzoekers hebben bij voorlopige voorziening gevorderd dat de Staat wordt verboden hen over te plaatsen naar een andere gezinslocatie. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat de belangen van de Staat bij de overplaatsing zwaarder wegen dat de belangen van de individuele verzoekers.

Voorzieningenpakket
De voorzieningenrechter laat meewegen dat de verzoekers uitgeprocedeerde asielzoekers zijn en hen bij de nieuwe opvanglocatie een voorzieningenpakket, zoals scholing en medische behandeling, wordt geboden dat vergelijkbaar is aan dat bij de gezinslocatie in Almelo. De Staat heeft de gezinslocatie nodig om nieuwe asielzoekers, die de laatste maanden in Nederland zijn ingestroomd en waarvoor opvanglocaties worden gezocht, te huisvesten.

Sluiting
De kortgedingrechter in Den Haag heeft bij uitspraak van 4 september 2015 reeds bepaald dat de Staat kon besluiten de gezinslocatie in Almelo te sluiten om deze om te vormen tot een regulier asielzoekerscentrum.'



8 september 2014
Gevangenisstraf voor ontucht met drie psychiatrisch patiënten

'Vandaag heeft de rechtbank Limburg een 29-jarige verpleegkundige veroordeeld tot 3 jaar cel, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren, wegens het hebben van seks met drie psychiatrisch patiënten, die aan zijn zorg waren toevertrouwd. Gedurende de proeftijd moet de man zich houden aan een meldplicht, medewerking verlenen aan gedragskundige onderzoek en indien geïndiceerd, ambulante behandeling ondergaan. Verder wordt hem een beroepsverbod voor de duur van 5 jaren opgelegd en mag hij, zolang de proeftijd loopt, geen contact zoeken met de drie slachtoffers.

Feiten
Verdachte heeft in de periode van 24 februari 2010 tot 19 januari 2013 meerdere seksuele contacten met patiënten gehad. Het waren stuk voor stuk psychisch kwetsbare vrouwen, die voor klinische behandeling opgenomen waren op de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis waar verdachte werkte.

Bewijs
Ten aanzien van ieder slachtoffer is er voldoende wettig bewijs dat de verdachte ontuchtige handelingen heeft verricht. De rechtbank acht de verklaringen van de slachtoffers betrouwbaar, omdat zij in de kern consistent hebben verklaard en hun verklaringen op meerdere punten steun vinden in andere bewijsmiddelen. De overeenkomsten in de verklaringen van de afzonderlijke slachtoffers sterken de rechtbank in de overtuiging dat de verdachte de afzonderlijke feiten heeft gepleegd.

De rechtbank heeft in strafverzwarende zin rekening gehouden met het feit dat de verdachte eerder voor een zedendelict is veroordeeld en zich mede tijdens de proeftijd van de voor dat feit opgelegde straf schuldig heeft gemaakt aan ontuchtige handelingen met een van zijn patiënten.

Schadevergoeding
Alle slachtoffers hebben om vergoeding van hun materiële schade en immateriële schade gevraagd. Immateriële schade acht de rechtbank in deze zaak weliswaar wettelijk gezien toewijsbaar, maar twee van de drie slachtoffers hebben om een voorschot op de door hun geleden immateriële schade gevraagd. Nu de strafrechter niet bevoegd is om voorschotten op civiele vorderingen toe te wijzen, worden deze twee slachtoffers in hun vorderingen niet-ontvankelijk verklaard en bepaalt de rechtbank dat zij hun vorderingen bij de civiele rechter kunnen aanbrengen. Dit geldt ook voor de door hen gevorderde materiële schade, omdat een nader onderzoek naar het verband tussen de geleden schade en de strafbare feiten een onevenredige belasting van het strafgeding vormt.

Het derde slachtoffer heeft geen voorschot geëist en ook is de door haar gestelde materiële schade onbetwist. De rechtbank acht in dat geval een bedrag van € 2.527,41 toewijsbaar.'



8 september 2014
Celstraffen en tbs voor moord in Emmeloord

'De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt een 23-jarige verdachte tot 10 jaar cel en TBS en een 50-jarige verdachte tot 14 jaar cel. De twee mannen, vader en zoon, brachten op 12 december 2014 in een woning aan de Noorderkroon in Emmeloord een 54-jarige man om het leven.

Het slachtoffer kwam door ernstig geweld om het leven. Volgens de rechtbank is sprake van het medeplegen van moord. De verdachten hadden tussen de verschillende geweldshandelingen voldoende tijd om na te denken over de betekenis en de gevolgen van hun handelen.

De zoon wordt daarnaast ook veroordeeld voor het in brand steken van de woning aan de Noorderkroon. De vader wordt hiervan vrijgesproken, zijn rol bij de brandstichting kan niet bewezen worden. De zoon wordt ook veroordeeld voor bedreiging van hulpverleners en vernieling in een instelling op 30 oktober 2014.

Verdachten hebben een gruwelijke moord gepleegd. Dit terwijl er geen enkel motief voor de moord aanwezig lijkt te zijn geweest, anders dan dat verdachten veel alcohol hadden gedronken en het daardoor tot een escalatie is gekomen. Gelet op de buitengewone ernst van het feit, is de rechtbank van oordeel dat niet anders kan worden gereageerd dan met het opleggen van onvoorwaardelijke vrijheidsstraffen van aanzienlijke duur.

Deskundigen achten de zoon verminderd toerekeningsvatbaar. De rechtbank legt aan deze verdachte een gevangenisstraf van 10 jaar op en TBS met dwangverpleging. Bij de vader zijn geen aanwijzingen voor enige vermindering van de toerekeningsvatbaarheid. De rechtbank veroordeelt hem tot een gevangenisstraf van 14 jaar.'



8 september 2014
Vrijspraak voor voorbereiden terroristisch misdrijf

'De 27-jarige Mohammed B. is op dinsdag 8 september 2015 door de rechtbank Rotterdam vrijgesproken van het voorbereiden van terroristische misdrijven. Duidelijk is dat de verdachte naar informatie heeft gevraagd over het plegen van een terroristische aanslag en op internet te kennen heeft gegeven naar Syrië te willen reizen om zich aan te sluiten bij de Islamitische Staat. Maar er is geen bewijs dat hij dit ook echt van plan was.

De verdachte heeft op het internet in diverse chatgesprekken gevraagd naar informatie over het plegen van een aanslag met een terroristisch karakter, onder andere door te vragen naar video’s waarop staat hoe een bom wordt gemaakt. In een opschrijfboekje dat hij op zijn kamer bewaarde heeft hij een recept voor een explosief geschreven, een eed van trouw aan de IS en een dreigement aan het Nederlandse volk en de regering. Verder heeft hij in chatberichten gevraagd hoe hij naar Syrië kon afreizen om zich bij de IS aan te sluiten.
Deze uitingen hadden alle schijn van strafbare voorbereidingshandelingen van terroristische misdrijven.

De verdachte heeft er echter op gewezen dat in zijn chatgespreken tal van tegenstrijdigheden en duidelijke leugens te vinden zijn. Hij heeft ontkend serieus te zijn geweest. Hij zou, omwille van de spanning, zich hebben voorgedaan als iemand die hij in werkelijkheid niet is.

Uit onderzoek door deskundigen is aannemelijk geworden dat de verdachte in het verleden zich inderdaad vaker heeft voorgedaan als iemand die hij niet is. Bij voorbeeld door net te doen alsof hij rijk was. Of door zich voor te doen als student van een school waar hij niet stond ingeschreven. Het kan niet worden uitgesloten worden dat de verdachte zich ook in deze zaak alleen maar wilde voor doen als dappere Mujahidin en dus niet werkelijk de bedoeling heeft gehad om een aanslag te plegen of naar Syrië af te reizen.

Het Openbaar Ministerie had een celstraf van vier jaar geëist.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl